Sporen uit de geologische geschiedenis
Kaart tertiaire geologie van de kustvlakte en het Belgisch zeegebied. © uit Verfaille naar Le Bot et al. 2003
Om het ontstaan van het kustlandschap te begrijpen, bekijken we sporen uit de geologische geschiedenis. De ondergrond van de Belgische Noordzee bestaat uit lagen die dateren uit verschillende tijdperken. Sommige geologische lagen gaan terug van toen de continenten nog op een andere plaats lagen. De Noordzee kent uiteenlopende kusttypes gaande van fjorden, klifkusten tot zandkusten. Elk van deze kustvormen wordt mee bepaald door de geologische ondergrond. Zo gaan de witte fallaiserotsen van de Noord-Franse of de Zuid-Engelse kust terug tot het Krijt-tijdperk. In het noordelijke deel van de Noordzee komen flink wat gas- en olievelden uit het Carboon tijdperk voor. Voor de geschiedenis van de Belgische kust gaan we minder ver terug in de tijd, tot het Paleogeen toen heel Vlaanderen nog overspoeld was door de zee. Bovenop de hardere ondergrond van oa. het Brabantmassief werden lagen van klei en zand afgezet. Zo ontstond bv. de 100 m dikke kleilaag van het Ieperiaan die overal in de ondergrond van de kustvlakte aanwezig is.
Vanaf het Quartair kwam het huidige kustlandschap ter ontwikkeling. Het Pleistoceen (2.580.000-11.7000 v.Chr.) kende een afwisseling van ijstijden en tussenijstijden, grote zeespiegeldalingen en –stijgingen. Doordat ijskappen een groot volume water opslaan, hebben ijstijden een grote invloed op het zeeniveau. Het zuidelijk deel van België werd (en wordt nog steeds) opgeheven waardoor de rivieren naar het noordoosten gingen vloeien. Hierdoor vond er heel wat erosie plaats van de tertiaire afzettingen aan de kust, soms zo drastisch dat er enkel zandsteen, silex en schelpen achterbleven. Ook de zeespiegeldalingen zorgden voor meer rivierwerking. Het Noordzeebekken kwam dikwijls droog te liggen. Probeer het je voor te stellen hoe het landschap uit brede, vruchtbare valleien en imposante riviersystemen bestond, een landschap dat bevolkt werd door grote kudden planteneters (mammoeten, bizons, paarden), roofdieren (lynx, wolf, sabeltand) en de prehistorische mens.
Prehistorische fossielen en verdronken landschappen in het Belgisch deel van de Noordzee (lange versie)
Naast de tektonische opheffing van de Ardennen speelt ook een andere grootschalige bodembeweging een rol. Bepaalde gebieden in het Noordzeebekken dalen langzaam. Doordat grote hoeveelheden sediment via de rivieren worden afgezet in de Noordzee, zorgt het gewicht van het sediment ervoor dat de bovenste laag van de aardkorst (de lithosfeer) in zijn geheel naar beneden (in de meer vloeibare asthenosfeer) zakt. Dit proces genaamd isostasie, heeft tevens zijn invloed op het zeeniveau.
De foto is genomen is het estuarium van de Somme in Frankrijk, zo moet onze kust er 100.000 jaar geleden mogelijks hebben uitgezien. © Search/Sea Archaeology Project 2013